Doelgroep: Vanaf 5 jaar
Wat is Shut the box
Shut the box is een spel met dobbelstenen.
Je kan het alleen spelen, met z’n tweeën of met meer spelers.
Je begint steeds door eerst alle cijfers/getallen rechtop te plaatsen. Het doel van het spel is om alle cijfers/getallen (of zoveel mogelijk) om te klappen.
Er zijn 12 cijfers/getallen.
Als je met je dobbelsteen 4+3 gooit dan kan je een keuze maken. Je kan de cijfer 7 omklappen of je kan 3 en 4 omklappen. Je kan ook 2 en 5 omklappen en je kan 1 en 6 omklappen. Wat lijkt jou het meest handig?
Dan gooi je opnieuw met de dobbelstenen om weer nieuwe cijfers/getallen om te klappen.
Heb je gegooid, maar je kan niks meer omklappen? Dan ben je klaar. Je telt het aantal punten op die je nog open hebt staan (dus nog niet omgeklapt) en je schrijft ze op als minpunten.
De volgende speler is nu aan de beurt. De speler met de minste minpunten wint! Heeft een speler alle cijfers/getallen om kunnen klappen? Dan heeft die speler automatisch gewonnen!
Je kan ook Shut the box met 9 cijfers kopen i.p.v. 12 en een variant voor 4 spelers, zodat je allemaal je eigen cijfers hebt en kan laten staan ter vergelijking.
Het spel is gemaakt van bamboe. Dit is duurzaam en milieuvriendelijk, omdat bamboe sneller groeit dan hout en dus meer materiaal oplevert. Ook hoeft bamboe niet gekapt te worden. De stengels kunnen vaker worden geoogst.
Wat leert je kind van het spelen met Shut the box?
Tijdens het spelen oefent je kind met:
- tellen: aantal ogen van de dobbelstenen tellen.
- cijfers herkennen
- rekenen: 3 ogen + 4 ogen = 7. Welke getallen hebben nog meer 7 als antwoord?
- automatiseren van de optelsommen met 12 als maximale uitkomst.
Mijn mening
Het is een leuk spel om zo even tussendoor te spelen. Het spel duurt zolang als je zelf wilt. Je kan allebei een beurt spelen en dan stoppen of je kan meerdere beurten spelen en steeds de minpunten noteren om later te berekenen wie er heeft gewonnen. De keus is aan jou.
Het spel biedt een leuke wijze van optellen. Je kind is aan het rekenen, maar zo ziet je kind dat niet. Je kind zal het als spelen zien en dat erbij gerekend moet worden is maar bijzaak. Perfect toch?
Door dit spel vaker te spelen zal je kind de optelsommen t/m 12 als maximale uitkomst automatiseren. Dat betekent dat je kind die sommen al uit het hoofd kent en niet weer opnieuw de getallen bij elkaar op moet tellen om tot een antwoord te komen.
Wanneer een kind veel bezig is geweest met het automatiseren van de sommen, dan kan een kind de sommen veel makkelijker uitrekenen omdat een kind al weet welke getallen bij elkaar horen.
2,5 en 7 horen bij elkaar. Zo weet een kind al 4 sommen uit het hoofd:
2+5=7
5+2=7
7-2=5
7-5=2
Dit is erg handig voor bij het rekenwerk op school. Je kind heeft hierdoor meer kans om de aangeboden sommen te begrijpen en kan sneller rekenen, waardoor er weer meer tijd voor ander werk overblijft.
Het spel is ook simpel aan te passen aan jongere spelers. Mijn zoontje van bijna 4 jaar wil ook steeds meespelen, maar hij kan nog niet rekenen. Dat hebben we simpel opgelost. Hij gooit met de dobbelstenen en telt het aantal gegooide ogen.
Daarna klapt hij de cijfer om die bij het totale aantal ogen hoort. Dus: 3+3 =6 en hij klapt 6 om. Zo blijft hij steeds doorspelen totdat hij iets gooit wat hij al heeft omgeklapt. Hij oefent zo het tellen en het herkennen van de cijfers. Helemaal goed en leuk voor de hele familie dus!
Het winnen en verliezen is bij dit spel niet nadrukkelijk aanwezig. We tellen steeds onze minpunten en houden bij hoeveel minpunten we al in totaal hebben, maar wanneer mijn zoontje verliest maakt het totaal geen indruk op hem, hoewel hij juist moeite heeft met verliezen. Omdat je steeds weer opnieuw begint is het proces van winnen en verliezen minder zichtbaar. Hij weet na ieder potje wel wie de meeste/minste minpunten heeft, maar het is minder duidelijk dan wanneer je steeds ziet dat een pion voor of achter loopt.
Mijn jongste zoon houdt helemaal niets bij. Hij is allang blij dat hij ook mee mag spelen terwijl hij niet eens kan rekenen. Hij is iedere beurt enorm trots dat hij het ook kan.
Het bijzondere aan dit spel is dat mijn jongste zoon spelenderwijs kennis maakt met optelsommen. Omdat hij de ogen van twee dobbelstenen bij elkaar optelt heeft hij al geleerd dat je aantallen bij elkaar op kan tellen. Hij heeft ook al geoefend hoe je dat moet doen. Veel kinderen die dat nog niet snappen hebben de neiging steeds opnieuw te beginnen bij 1. Voorbeeld: 2+3= “één, twee + één, twee, drie”. Door te spelen heeft mijn zoontje dus al door dat hij door moet tellen. Dus: “één, twee, drie, vier, vijf”.
Het spel is lekker wat formaat betreft. Je kan het overal spelen, omdat het gewoon op schoot kan. In de auto, op de bank, enz. Dit spel nemen we zeker mee op vakantie.
Leave a Reply